Doornik - Naar de oprichting van de tweede school voor onderofficieren
Vandaag, vrijdag 14 juli 2023, heeft de Ministerraad op voorstel van minister van Defensie Ludivine Dedonder zijn goedkeuring gegeven voor het bouw- en renovatieprogramma van de kazerne van Doornik, met het oog op de oprichting van de tweede campus voor leerling-onderofficieren.
Vanaf 2024 tot 2028 zullen de militaire kwartieren Ruquoy en Saint-Jean ingrijpende veranderingen ondergaan door de uitvoering van een renovatie- en infrastructuurplan om tegen eind 2026 de tweede school voor onderofficieren te openen. De noodzakelijke investeringen voor de realisatie van de nieuwe campus bedragen in totaal 63.400.000 euro.
Dit omvangrijke project vloeit voort uit het ‘Kwartierplan’, dat deel uitmaakt van het beleid van Ludivine Dedonder.
Ludivine Dedonder, minister van Defensie: "Het POP-plan (People Our Priority), het Kwartierplan en het STAR-plan vormen het nieuwe referentiekader voor Defensie. Met het POP-plan zetten we in op personeel, met het STAR-plan bouwen we Defensie weer op en bereiden we haar voor op de komende uitdagingen en met het Kwartierplan verbeteren we de kwaliteit van onze infrastructuur voor het welzijn van het personeel. Concreet bepaalt het Kwartierplan welke projecten tegen 2030 moeten worden uitgevoerd aan de infrastructuur van het departement, voor een budget ter hoogte van 1,5 miljard euro in de loop van deze legislatuur. Dit plan biedt een duidelijk perspectief omdat het opsomt in welke kwartieren er investeringen moeten gebeuren. Voor het personeel betekent dit een betere inschatting van hun carrièrekeuzes en een beter evenwicht met hun privéleven. Deze keuze betekent een duidelijke breuk met de al lang bestaande trend van het sluiten van kazernes. Wij kiezen er integendeel voor om in onze infrastructuur te investeren en om een kwaliteitsvolle werkomgeving aan te bieden in het hele land, ten voordele van al het personeel."
Een tweede school: essentieel voor de opvang van nieuwe rekruten
De Koninklijke School voor Onderofficieren (KSOO) in Saffraanberg (Sint-Truiden) is het resultaat van een fusie in de jaren 2000 van de scholen van Zedelgem (Nederlandstalig) en Dinant (Franstalig). Die fusie was een antwoord op de wens om de opleidingscapaciteit te rationaliseren, na de sterke daling van het aantal ingelijfde leerlingen. Intussen is de behoefte aan rekrutering sterk toegenomen en met het POP-plan van minister Dedonder wil hieraan tegemoetkomen. Het nieuwe rekruteringsritme – dat verderloopt met 2.500 en nadien 2.800 militairen per jaar – betekent naar schatting 1.000 nieuwe onderofficieren per jaar. De opvang- en opleidingscapaciteit van de KSOO in Saffraanberg, berekend op 600 rekruten-onderofficieren per jaar, is hiervoor ontoereikend. Daarom is een tweede school voor onderofficieren onontbeerlijk.
De keuze voor de locatie van de tweede school volgt dezelfde logica als die van Saffraanberg, namelijk dicht bij de taalgrens, en zo verspreid dat beide vormingscentra elk een deel van het nationale grondgebied bestrijken.
Ludivine Dedonder, minister van Defensie: "De tweede school voor onderofficieren, verspreid over de kwartieren Ruquoy en Saint-Jean in Doornik, zal ongeveer 800 mensen onderbrengen, waaronder 420 leerlingen. Het kwartier Saint-Jean moet voorbereid worden om vanaf 2025 het stijgend aantal personeelsleden van Defensie onder te brengen. Hetzelfde geldt voor het kwartier Ruquoy, waarvan één van de vijf vleugels van de vijfhoek te lang heeft leeggestaan. De andere renovatieprojecten betreffen onder andere de uitbreiding van het horecacomplex, de vernieuwing van de wateraansluitingen, een nieuw wachtlokaal en de uitbreiding van de sportinfrastructuur.”
Technische informatie
De behoefte aan bijkomende vorming in Doornik is vastgesteld op 420 leerlingen per sessie, georganiseerd in vier instructiecompagnieën (twee Nederlandstalige en twee Franstalige) die elk drie pelotons van 35 leerlingen omvatten. Bij die 420 leerlingen komen nog ongeveer 230 kaderleden voor de instructie en ondersteuning.
De daaruit voortvloeiende behoeften uiten zich in alle bestaande functies op de twee sites: instructie, sport, militaire training (schieten, tactiek, CBRN, enz.), horeca, logement, sanitair, kleedkamers, welzijn, commando/directie, parking, garages, opslag (apparatuur, wapens, optronica, enz.) en onderhoud. Per functie zijn één of meerdere renovatie- en/of nieuwbouwprojecten gepland.
Defensie hoopt de nieuwe capaciteit midden 2026 te kunnen openen. Dit zal ook toelaten om de centra voor basisopleiding voor vrijwilligers en de operationele eenheden te ontlasten. Zij hadden namelijk tijdelijk een deel van de opleidingslast overgenomen, wat een impact heeft op hun normale werking.