Persbericht

Meer mogelijkheden voor Belgische inlichtingendiensten in het belang van onze veiligheid

Vice-premier en minister van Justitie Vincent Van Quickenborne en minister van Defensie Ludivine Dedonder hebben vandaag 31 mei 2022 een wetsontwerp voorgesteld in het parlement om de informatiepositie van de Belgische inlichtingendiensten, Veiligheid van de Staat en de Algemene Dienst Inlichtingen en Veiligheid, te versterken. Dit wetsontwerp wijzigt de organieke wet houdende regeling van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten uit 1998 en komt tegemoet aan de aanbevelingen van de parlementaire onderzoekscommissie aanslagen en het regeerakkoord.

In de geopolitieke context van vandaag en morgen, waarbij hybride dreigingen en cyberaanvallen alomtegenwoordig zijn, moeten onze inlichtingen- en veiligheidsdiensten ook in staat zijn om adequaat en snel te kunnen reageren wanneer de vitale installaties van ons land of voor de Belgische bevolking worden aangevallen. Dit wetsontwerp van vice-premier en minister van Justitie Vincent Van Quickenborne en minister van Defensie Ludivine Dedonder biedt een antwoord op de veranderende veiligheidsomgeving en de hybride en cyberdreigingen waar onze maatschappij vandaag en morgen mee wordt geconfronteerd.

Doorstroming van informatie binnen de inlichtingen- en veiligheidsdiensten en tussen die diensten onderling zijn van cruciaal belang om de veiligheidsdiensten toe te laten gepast te reageren op een eventuele dreiging ten aanzien van de Belgische Staat. Daarnaast is betrouwbare informatie verzamelen van cruciaal belang voor onze inlichtingendiensten om de andere partners tijdig te informeren over potentiële dreigingen. Als gevolg van de zaak Jurgen Conings en op vraag van de Algemene Dienst Inlichtingen en Veiligheid (ADIV) wordt daarom het wettelijk kader rond interne communicatie binnen de diensten versterkt. 

Reageren op meer cyberaanvallen

Cyberdreigingen en –aanvallen zijn vandaag alomtegenwoordig. De Algemene Dienst Inlichtingen en Veiligheid (ADIV) van Defensie is vandaag bevoegd voor het neutraliseren van cyberaanvallen, het analyseren van informatie en het uitvoeren van een eventuele tegenaanval binnen een strikt wettelijk kader en met respect voor het internationaal recht indien er een cyberaanval wordt uitgevoerd op onze Belgische militaire installaties of systemen.

Met dit wetsontwerp krijgt ADIV in geval van een nationale cyberveiligheidscrisis de mogelijkheid op dezelfde manier te reageren – en dus ook een eventuele tegenaanval uit te voeren – op meer cyberaanvallen tegen de vitale infrastructuur van ons land of voor onze bevolking, en dus niet enkel wanneer militaire infrastructuur wordt aangevallen. Ook in dit geval uiteraard binnen een strikt wettelijk kader en met respect voor internationaal recht. Daarmee wordt de cyberexpertise die vandaag aanwezig is binnen Defensie ter beschikking gesteld van de volledige Belgische bevolking en maatschappij, wat kadert in de politiek van minister Dedonder om in geval van een nationale crisis Defensie ook verder in te schakelen ten behoeve van de Belgische bevolking op het eigen grondgebied, in het belang van de veiligheid van ons land en elke Belgische burger. Defensie en ADIV namen dit engagement al op zich in de Belgische Cybersecurity Strategy 2.0 die in mei 2021 werd goedgekeurd door de Nationale Veiligheidsraad. Met voorliggende wetsontwerp wordt dit engagement wettelijk verankerd.

Meer mogelijkheden voor agenten, binnen strikt kader

Ook voor de agenten en bronnen van de Veiligheid van de Staat en de Algemene Dienst Inlichtingen en Veiligheid wordt het wettelijk kader uitgebreid om hen in een betere informatiepositie te plaatsen. Agenten krijgen meer mogelijkheden te infiltreren in gevaarlijke organisaties, zowel in de echte als in de virtuele wereld. Daarnaast krijgen zowel agenten als bronnen van beide inlichtingendiensten de mogelijkheid strafbare feiten te plegen in het kader van hun respectievelijke opdracht, na goedkeuring door de Commissie Bijzondere Inlichtingenmethodes én zonder de fysieke integriteit van personen in gevaar te brengen of te schenden. De inlichtingendiensten krijgen daarnaast meer mogelijkheden om te betrouwbaarheid van hun bronnen na te gaan en te verifiëren.